woensdag 22 maart 2017

Lentekriebels

Het kriebelt.
En niet alleen bij mij; ik merk het overal om me heen…….
De volkstuinders ontwaken langzaam uit hun winterslaap!
Kassen worden schoongepoetst, aarde wordt omgespit en fijngemaakt, palen en rijsgaas worden klaargezet. Achter glas worden jonge zaailingen verwachtingsvol vertroeteld en bemoedigend toegesproken.

Rabarber en pioenen steken hun rode neuzen steeds verder boven de nog koude grond uit.
Narcissen staan als kleine gele zonnestraaltjes te pronken onder menig fruitboom.
Tuinders die aankwamen in een dikke jas, hebben deze inmiddels aan een spijker in hun schuurtje gehangen en staan, de mouwen van trui of overall opgestroopt, gebogen over het frisse, jonge groen van erwtjes en kapucijners. Klaar om te planten, te zien groeien en ten slotte te oogsten en te genieten.

Maar net als ik denk: “Ja, nu!” begint het plotseling weer te regenen en te stormen. Alsof het herfst is.
Ik aarzel, nestel mij nog even bij de warme kachel met een kop thee en een moestuinboek.
Neus nog maar eens in mijn bak met zakjes zaad.
Lees achterop zakjes: ‘zaaien onder glas vanaf februari of buiten ter plaatse vanaf april’.
Zal ik….. of nog maar even wachten? Wat is wijsheid?
In de vensterbank dan misschien? Of toch meteen in de koude bak of buiten onder vliesdoek?
Het weerbericht twijfelt mee: zon, regen, nachtvorst….het komt allemaal voorbij.

Maar bij ieder straaltje zonlicht dat door het wolkendek weet te breken voel ik het.
Het kriebelt.
Mijn groene vingers kunnen bijna niet meer wachten en mijn geduld smelt als sneeuw voor de zon.
Ik trek mijn jas aan en loop naar buiten.
Vul potten en bakken met aarde en zaadjes.
Zet de jonge tuinbonen en doperwten buiten om af te harden.
Ik voel al mijn spieren na een uurtje spitten.

Na een blik op de kalender weet ik het zeker:
Het voorjaar is begonnen! We ‘mogen’ weer!!